spaans drill 4
Terms
undefined, object
copy deck
- gato
- kat
- deberes
- huiswerk
- comprar
- kopen
- leche
- melk
- pelo
- haar
- dinero
- geld
- trabajado
- gewerkt
- descansar
- uitrusten
- terminado
- geindigd
- hoy
- vandaag
- viejo
- oud
- abrir
- openen
- trabajo
- werk
- comido
- gegeten
- dolor
- pijn
- grande
- groot
- alquilado
- gehuurd
- libro
- boek
- ir
- gaan
- escuela
- school
- cosa
- ding
- limpiar
- schoonmaken
- entendido
- begrepen
- leido
- gelezen
- construido
- gebouwd
- dos
- twee
- carta
- brief
- esto
- dit
- mes
- maand
- palabra
- woord
- ventana
- venster
- azul
- blauw
- hijo
- zoon
- rubio
- blond
- vivido
- gewoond
- zapato
- schoen
- perro
- hond
- gobierno
- regering
- venir
- komen
- pan
- brood
- negro
- zwart
- influencia
- invloed
- joven
- jong
- beber
- drinken
- nuevo
- nieuw
- cambio
- wisseling
- coche
- auto
- tiempo
- tijd
- pedido
- gevraagd
- bebido
- gedronken
- comprado
- gekocht
- regresar
- terugkomen
- hora
- uur
- hoy
- vandaag
- comprendido
- begrepen
- casa
- huis
- hablado
- gesproken
- terminar
- beindigen
- casa
- huis
- sentido
- gevoeld
- hablar
- spreken
- primo
- neef
- pescado
- vis