This site is 100% ad supported. Please add an exception to adblock for this site.

Vocabulearn

Start Studying!

Terms

undefined, object
copy deck
the grass
het gras
the moon
de maan
the sound
het geluid
the airport
het vliegveld
December
december
the hand
de hand
the hope
de hoop
the dress
de jurk
the wine
de wijn
the fire
het vuur
the South
het zuiden
the wool
de wol
the love
de liefde
the winter
de winter
the exit
de uitgang
the spinache
de spinazie
Thursday
donderdag
the ice cream
het ijs
the mountain
de berg
the side
de kant
the lunch
de lunch, het middagmaal
the telephone
de telefoon
the meat
het vlees
the apple
de appel
the bread
het brood
the purse
de handtas, de tas
the bill (restaurant)
de rekening
the shop
de winkel
the dish
de schotel
February
februari
the hour
het uur
the teacher
de leraar
the knife
het mes
the color
de kleur
the spring
de lente
the life
het leven
the name
de naam
the student
de student
the map
de landkaart, de kaart
the year
het jaar
the floor
de vloer
the friend
de vriend
the language
de taal
the sister
de zuster
March
maart
the door
de deur
the noise
het lawaai
the businessman
de zakenman
the mistake
de fout, de vergissing
the horse
het paard
the water
het water
the fashion
de mode
the tobacco
de tabak
Tuesday
Dinsdag
the corner
de hoek
the means
de middelen
the tea
de thee
the umbrella
de paraplu
the movie theater
de bioscoop
the automobile
de auto
the egg
het ei
the program
het programma
October
oktober
the spoon
de lepel
the radio
de radio
the cup
de kop, het kopje
the seller
de verkoper
the pocket
de zak
the cake
de taart
the magazine
het tijdschrift
the word
het woord
the boat
de boot
the summer
de zomer
the place
de plaats
the child
het kind
the pencil
het potlood
Sir, Mister
mijnheer, meneer
the kitchen
de keuken
the street
de straat
the book
het boek
the aunt
de tante
the letter
de brief
the tooth
de tand
the happiness
het geluk
the subway
de metro
the sidewalk
het trottoir
the basket
de mand
the appetite
de honger
the oil
de olie
the feeling
het gevoel
the next day
de volgende dag
the face
het gezicht
the high school
de middelbare school
the speed
de snelheid
the writer
de schrijver
the leg
het been
the elevator
de lift
the manner
de manier
the village
het dorp
the forest
het bos
the stone
de steen
the copy
de kopie
the arrival
de aankomst
the dog
de hond
the North
het noorden
the garden
de tuin
the holiday
de feestdag
the workman
de werkman, de arbeider
the musician
de musicus
the match (to light a match)
de lucifer
the west
het westen
the raincoat
de regenjas
the vegetable
de groente
the chicken
de kip
the tray
het blad
the rain
de regen
the film
de film
the river
de rivier
the light
het licht
the date (of the month)
de datum
the television
de televisie, de T.V.
the breakfast
het ontbijt
the butter
de boter
the flower
de bloem
the respect
het respect
the employee
de werknemer
the ticket
het kaartje
the money
het geld
the brother
de broer
the traveler
de reiziger
the fork
de vork
the meal
het maal, de maaltijd
the sun
de zon
the newspaper
de krant
the sky
de lucht
the truth
de waarheid
the pupil
de leerling
the east
het oosten
the thing
het ding
the bathroom
de badkamer
the father
de vader
the mirror
de spiegel
the countryside
het platteland
the lesson
de les
the man
de man
the uncle
de oom
the family
de familie
the window
het raam
the wife
de vrouw
the grocer
de kruidenier
August
Augustus
the picture
de plaat, de prent
the baker
de bakker
the church
de kerk
the fly
de vlieg
the drugstore
de drugstore, de drogiserij
the staircase
de trap
the doctor
de dokter
the rest (relaxation)
de rust
Friday
vrijdag
the peasant
plattelander, het boertje
the sugar
de suiker
the stomach
de maag
the difficulty
de moeilijkheid
the rule
de voorschrift
the stay
het verblif
the passport
het passport, de pas
the pastry shop
de banketbakkerswinkel
the shutter
de blind
the city hall
de stadhuis
the politeness
de beleefdheid
the office
het kantoor
the young lady
de jonge dame
the day
de dag
the living room
de huiskamer, de woonkamer
the chair
dee stoel
the mother
de moeder
the person
de persoon
the fisherman
de visser
the painting
het schilderij
the gloves
de handschoenen
the circle
de cirkel
the milk
de melk
the kind, the sort
het soort
the sea
de zee
de heuvel
the hill
de aardappel
the potato
the snow
de sneeuw
the strawberries
de aarbeien
the overcoat
de jas, de mantel
the visit
het bezoek
the daughter
de dochter
the voyage
de reis
the course (in school)
de cursus
the departure
het vertrek
the girl
het meisje
the soup
de soep
the peach
de perzik
the remainder
de rest
the roll, bread
het broodje
the veal
het kalfvlees
the boyfriend
de vriend
the size
de maat
the market
de markt
the country, the nation
het land, het volk
the memory
het geheugen
the lady
de dame
the pen
de pen
January
januari
the gree peas
de groene erwten
the week
de week
the ceiling
het plafond
the vacation
de vakantie
the ticket window
het locket
the train
de trein
the intention
de bedoeling
the United States
de Verenigde Staten
the toilet
het toilet, de W.C.
the eyes
de ogen
the agent
de agent
the tour (travel)
de toer, de tour
the home
het tehuis, het huis
the cork
de kurk
the husband
de man, de echtgenoot
the center
het centrum
the climate
het klimaat
the coffee
de koffie
the bed
het bed
the heart
het hart
the paper
het papier
the room
de kamer
the boy
de jongen
Christmas
Kerstmis
the buyer
de koper
the lamp
de lamp
the dining room
de eetkamer
Monday
Maandag
the wood
het hout
the town/city
de stad
the gasoline
de benzine
April
April
the head
het hoofd
the tree
de boom
the health
de gezondheid
the bookstore
de boekhandel
the step
de stap
the omelet
de omelet
the peace
de vrede
the station
het station
the heat
de hitte
Start Studying!

Deck Info

250

permalink